Kiezen voor vrijheid

Intussen zijn we een leven ingegleden waar het aantal bedden op intensive care bepalend is of we onze geliefden mogen ontmoeten, omhelzen of begraven. Je zou voor minder in de war geraken.

We zijn gereduceerd tot onze biologie, we offeren het volle leven om het vege lijf te redden, oppert Ilja Pfeijffer, en hij linkt dit aan de afschaffing van god, religie en zingeving.

Zijn scherpe pen heeft een punt. Hij houdt zich, net als ikzelf en de meeste mensen, nauwkeurig aan de regels van de nieuwe ‘gezondheidsdictatuur’, zoals hij het noemt. Formeel toon ik burgerzin, amuseer ik mij met het maken van mondmaskers, én in mijn hoofd voel ik me vrij.
Kiezen voor vrijheid is kiezen om je hoofd en je lichaam niet te laten bezetten door angst – misschien wel een groter virus dan covid-19. Angst die tergend onophoudelijk wordt gevoed door journaals met cijfers, beelden en overlijdens. Je moet al van goede huize zijn om een evenwicht te vinden tussen onzekerheid en vertrouwen, tussen wat nodig en heilzaam is en wat overdreven of neurotisch is. Gelukkig past de menselijke soort zich heel snel aan en de meesten houden wonderwel het hoofd koel.

Ik voel me bevoorrecht, ik leid al lang een vrij solitair leven en deze crisis verandert niet zo veel. Ik geniet van de stilte en de intimiteit van contacten die inniger en anders zijn dan voorheen. Ik zal niet blij zijn als straks horden Aziaten en Amerikanen langs het Minnewater slenteren. Ik besef ook dat velen het moeilijk hebben, dat er lijden is, en ik ben dankbaar voor het dappere werk dat mensen verzetten om het leven leefbaar te houden.

Maar we schijnen te vergeten dat aan dat leven altijd een eind komt en dat het normaal is dat oude mensen sterven. De dood is altijd in ons midden en het lukt ons zelden om daaraan te wennen. Tijdens een tussenpauze van dit schrijven vind ik een dood roodborstje op mijn terras. Ik schrik en vraag me meteen af hoe zoiets kon gebeuren en wat ik ermee moet. Ik vind het tjilpen uit het nest, ‘s ochtends onder mijn slaapkamerraam, leuker dan het begraven van dit vogeltje, maar ik doe het toch.

De dood manifesteert zich altijd en overal waar het leven zich manifesteert. Midden het leven staan, is ook midden de dood staan. Overal rond je heen zie je lijdende mensen die net als jij proberen te overleven wat niet overleefbaar is. (Nico Tydemans, 1980)

Ik begeleidde veertien online meditaties afgelopen maand, en nodigde mensen uit om stil te zitten zonder zichzelf gevangen te zetten. Het is telkens plaatsnemen op je troon van vrijheid.
De boeddha zei dat alles wat we zijn, voortkomt uit onze gedachten en dat we met die gedachten onze wereld scheppen. We kunnen dus veel zelf doen en hoeven niet als ‘kwetsbare mechaniekjes’ in de wereld te staan. We zijn méér dan ons lichaam dat gered moet worden. Onze geest is enorm plastisch, we kunnen de gigantische ruimte erin ontdekken en herscheppen tot een wereld van schoonheid en liefde. Dat is veel reëler dan de nauwe cocon van strijd en bezorgdheid waar we meestal in vertoeven. Het is eervol en het doet recht aan wie je bent om die vrije ruimte te ontsluiten, die niet bepaald is door je geschiedenis, je biologische of sociale conditie.

Hans Knibbe schreef het volgende aan zijn studenten:

Waar ik jullie aan wil herinneren is de onverstoorbaarheid van je Gewaar-Zijn. Hoewel alles om je heen verandert, verandert er vanuit spiritueel perspectief niets. De grond van je Gewaar-Zijn is nog steeds sereen, licht en gelukkig. Die verandert niet mee met de omstandigheden.

In deze verwarrende tijden kan ik het iedereen aanraden om ontvankelijk te worden voor die onverstoorbare, roerloze aard van je wezen. Door om te beginnen de werking en de functie van je gedachten te onderzoeken, in plaats van je erdoor te laten overweldigen en meeslepen.
Het is de wetenschap van de geest én spirituele beoefening, omdat het onze dagelijkse werkelijkheidsbeleving overstijgt, maar ook omvat. Ik bedoel hiermee dat we onszelf niet hoeven af te splitsen van de humane wereld en onze kreukels, niet een ‘mooie wereld’ hoeven te creëren of op een roze wolk gaan zitten. In meditatie leer je de subtiliteit van de verschillende lagen van je geest kennen en daardoor word je zelfs gevoeliger voor lijden. Je laat je angst en pijn aanraken door de wind van liefde. Iedere rouwtherapeut zal het je zeggen: je hoeft er alleen liefdevol bij te zijn, zodat het ontspant en waar mag zijn. Vanuit deze zachte Zijnsblik kan je zien dat je angst en pijn niets anders zijn dan wijze en levensbeschermende bewegingen van de open ruimte van Zijn. Al voelt het hard en gestold, angst en pijn zijn zo veranderlijk als ijs. Met wat warmte en zon smelten ze en gaan vloeien, naar de zee van Zijn…

In zijn nieuwste boek ‘Zitten en Zijn’* schrijft Hans Knibbe:
Meditatie is een eredienst aan je vrije aard. (…) We ontwikkelen intelligente, compassievolle gewoontes, die ons verder helpen als mens en maatschappij. (…) In de leegteblik blijven alle knowhow, vaardigheden en functies van de psyche intact, en kan je je leven vervolgen met lichte tred.

Het vraagt wel de bereidheid om jezelf los te haken van slachtofferschap en maatschappelijke identificaties. Daarover gaat onthechting. ‘Onthechting maakt vrijer en losser van dwangmatigheid. Je komt ruimer in je vel te zitten, je energie en gevoel krijgen meer speelruimte en worden evenwichtiger.’

Eigenlijk leven we ons leven, gevangen in een soort zwart-wit mozaïek. Maar onze natuurlijke woonplaats is een oneindige speeltuin vol kleuren! In Zijnsgeoriënteerde levenskunst ontdek je waarom er in je dagelijkse beleving zoveel levendigheid en schoonheid verloren gaat.
Door het stil te maken raak je aan de pantsering van je hart. Subtielere dimensies fluisteren een wereld van liefde. Je voelt verder dan je vel en je conditioneringen. Le désarmement des coeurs, zoals de Franse filosoof Jankélévitch het mooi omschreef.

Verder hoef je niet zo veel te doen, niet zoveel te veranderen. Vertrouw, de wijsheid en de acties komen er wel. Laat het leven maar aan zichzelf, dat leeft beter, zegt mijn leraar.

Trees Dewever, mei 2020.

* Het boek ‘Zitten in Zijn’ van Hans Knibbe verscheen in februari 2020. Na meer dan dertig jaar onderzoekswerk bundelde de auteur een schat aan kennis en informatie over de meditatievormen die beoefend worden in de School voor Zijnsoriëntatie. Geïnspireerd door dzogchen geeft hij deze eeuwenoude boeddhistische traditie een hedendaagse vorm. Wellicht het meest diepgaande meditatieboek in de lage landen, maar… zonder een goede leraar en oefensessies lukt het niet!

Meditatie: van frame naar flow

We lijden allemaal wel eens aan gepieker of bezorgdheid. Sommigen raken uitgeput van het vechten, het willen veranderen, het zoeken. Soms negeren we onze verwarring, we dumpen ze op onze medemens, of we gaan nog harder werken. Anderen gaan wonen in slachtofferschap, vijandschap, harde oordelen. Het is beknellend, het is verkramping. We draaien onszelf vast in een vernauwde werkelijkheidsbeleving.

Een man zei me onlangs dat hij al meer dan twintig jaar dezelfde overtuigingen had. Hij verdedigde niet alleen dezelfde waarden, maar ook over minder hoofse dingen had hij altijd al dezelfde mening – en hij was er nog trots op ook. Dat rigide was zichtbaar in zijn houding: bokkig, stuurse blik, kaken op elkaar. Geen man om een dansje mee te wagen! Vastgespijkerd in een frame. We hebben het allemaal, in zekere zin.

Een frame is één plaatje van de film. Een still, waarin we alle beweging stopzetten. Eigenlijk doen we dat constant. Iedere ontmoeting of situatie labelen we, proberen we vast te pakken, te kaderen. Kunnen we er iets mee of is het nutteloos? Worden we er beter van of is het bedreigend? Alles wat gebeurt schuiven we vliegensvlug en onbewust in een frame dat we al kennen. In de primitieve lagen van onze psyche zijn we vooral bezig ons vel te redden. Maar de dia is niet het werkelijke leven.
Wat we missen is het stromende, uitdagende, scheppende en levendige van de vertoning: de flow.

Het is nogal wat, om mee te stromen met de golven, zonder te weten waar je uitkomt en mét de kans dat je je bezeert. Het is nog niet zo gemakkelijk om te ‘zijn’ met wat zich iedere keer weer aandient. De ruimte die dit geeft opent nochtans nooit vermoede perspectieven en nieuwe inzichten.

Dit is een krachtig punt: levend in het heden kunnen we de toekomst opnieuw vormgeven. Zouden we daarom niet zorgvuldiger moeten zijn, zouden we niet meer wakker, meer aanwezig moeten zijn in dat wat we op dit moment aan het doen zijn?  (Chögyam Trungpa)

Ik oefen er zelf mee: om in iedere situatie of ontmoeting te kijken met een open, niet ingevulde blik. Om elk probleem dat opduikt te toetsen aan het reële dramagehalte en te zien hoe ik er vanuit mijn geschiedenis toch altijd een plaatje op plak. Natuurlijk slaag ik er niet altijd in om mijn conditioneringen en defensiemechanismen te herkennen en te overstijgen. Mijn angst en wantrouwen zitten onder mijn huid. Het is menselijk, vertrouwd, zelfs biologisch te verklaren: het is overlevingsdrift. Een kleine speldenprik en de slak krimpt terug in haar veilige huisje.

Maar in het huisje is het donker en kil. Elk levend wezen snakt naar ruimte, licht en contact. Door meditatie en Zijnsgeoriënteerde training heb ik inmiddels gezien dat elke verkramping een verdichting is van joyeus, open Gewaarzijn zelf: opgekrulde, gekwetste liefde in verharde vorm, om het in slakkenhuisterminologie te zeggen. Het revolutionaire én respectvolle van deze non-duale visie is dat er niets weg moet of moet evolueren naar iets beters. Alles is al vrij en van zichzelf. Het is een visie die niet kiest en niet verwerpt. Want we zeggen ook niet tegen de nacht: ‘ik moet je niet, ik verkies de dag’. Of tegen de herfst: ‘ik schrap je, want ik verkies lente en winter’. Het is even onzinnig om die delen van jou waar je niet happy over bent te omzeilen of te bekampen. Ze zijn een deel van jou. We kunnen ze beter goed leren kennen en er een constructieve, mededogende relatie mee aangaan. Daarover gaat Zijnsmeditatie: houding is belangrijker dan inhoud.

Intuïtief weten we dat er een leven mogelijk is dat vrijer, gemakkelijker en liefdevoller is dan het leven dat we doorgaans leiden. Daarom gaan meer en meer mensen mediteren. Er is een verlangen én een noodzaak om in een huis te wonen dat ruimer en lichter is. Intuïtief voelen we aan dat we iets wezenlijks van onszelf laten liggen als we niet stoppen, stilzitten, luisteren, voelen, waarnemen.
Onlangs, op een teamdag in een Brugse school, waren twintig leerkrachten bereid te oefenen met meditatie. Mijn workshop was als eerste volzet!

Door meditatie leren we de beknelling van gewoontes en conditioneringen zien en herkennen. Maar wat we vooral nodig hebben is ruimte. Ruimte om te ademen, ruimte om te voelen, om vrijer te bewegen, om lichtheid te ervaren in alle zwaarte. Door meditatie leren we ontdekken waar we blij van worden en wat we kunnen delen van onszelf. We leren ervaren dat we liefde zijn en altijd in verbinding, met alles.

Niets bestaat dat niet iets anders aanraakt. (Jeroen Brouwers)

Meditatie is een dapper instrument om met jezelf en met je geest te werken. Het verrijkt de kennis over onszelf en het ontsluit onze liefde. Hans Knibbe formuleerde het onlangs, tijdens een retraite, heerlijk pittig:

Als we niet de open ruimte van onze geest verkennen, blijven we een bunker waarin af en toe Schubert wordt gedraaid!

Wat eveneens waar is: we kunnen het niet alleen. Veel blijft onder de radar. We kunnen niet alles zelf zien. Hoe slim of welopgevoed we ook zijn, er blijven gaten. Onze perceptie is gatenkaas. We hebben goed opgeleide mensen nodig om ons te spiegelen, om ons erop te wijzen waar en hoe we onszelf klein houden of zelfs beschadigen. We hebben spirituele leraren en onderlegde therapeuten nodig om te zien wat ons afremt om te zijn wie we van oorsprong, van nature zijn. Het unieke van Zijnsgeoriënteerde begeleiders is dat ze die twee schijnbaar aparte praktijken verenigen. Na tien jaar is het nog altijd een belangrijke inspiratiebron voor mij en mijn praktijk. Ik ben intussen bestuurslid geworden van Zijnsoriëntatie Vlaanderen en volgend seizoen vervolmaak ik in Utrecht mijn leraarsopleiding.

I have a dream. Het zou toch moeten kunnen: net als van je tandarts of je huisarts jaarlijks het bericht krijgen van je zielencoach of mentor om je hart, je gedachten, je gedrag en je gevoelens te laten scannen en in balans te brengen. Om uitleg te krijgen over wat scheef gegroeid is in bepaalde frames. Maar vooral om samen te kijken naar de volle, spannende, zinderende film die je leven is.
De frame ontmantelen, de flow herstellen.

De wereld zou er beter, warmer en veiliger van worden. Want geef toe: zo goed als alle terreur en geweld hebben meer te maken met geestesziekte, mentale verwarring of frustratie, dan met politiek en religie. Onlangs nog werd half Brussel weer eens lam gelegd door een geesteszieke man.
De geestelijke gezondheid wordt schromelijk onderschat en te weinig mensen denken na over een passende, hedendaagse vorm van spiritualiteit. Spiritualiteit als de kunst van goed in relatie zijn – met de aarde en de kosmos, met onszelf, de ander en de wereld. Zorg voor de mind en zorg voor de ziel zouden geïntegreerd moeten worden in alle bestaande structuren en instellingen voor gezondheid, onderwijs, cultuur en economie.

Meditatie kan een eerste stap zijn. Niet zaligmakend, maar een niet te onderschatten schakel naar een waardiger en glorieuzer leven. Het is een vorm van mentale hygiëne, een douche voor de geest. Dat ben je jezelf en de ander verplicht. Fris en schoon ruikt alles naar lente en weet je het weer: de zon schijnt altijd! Ook als er wolken zijn en zelfs als het regent…

Brugge, 27 juni 2016

 

Dus, blijf precies hier, jullie geluksvogels !

Het is wel wat, om met 35 mensen en een leraar tien dagen lang te verwijlen bij een tekst van vijftien regels lang, geschreven door Lonchenpa, een 14e-eeuwse boeddhistische dzogchen meester.
Lectio divina heet dat: gezamenlijk een tekst lezen, exploreren en erover mediteren, ter   bekrachtiging van een visie of een leer, en oorspronkelijk uitgevoerd door monniken.
Ik onthul de eerste regels:

Dus, blijf precies hier, jullie geluksvogels.
Laat los en wees gelukkig in de natuurlijke staat.
Laat je gecompliceerde leven en de alledaagse verwarring aan zichzelf,
En vanuit rust, niets doend, beschouw de aard van je geest.

Ontnuchterend vind ik het, dat ook in de 14° eeuw het leven gecompliceerd en verward was!
Ergens weten we wel dat onze geest grotendeels onrustig, vernauwd en afgeleid is. Altijd zoekend naar veiligheid, immer bewakend en op weg. Ergens weten we dat alles vergankelijk is, maar we gedragen ons alsof alles permanent is. We zijn vaak kritisch en zeurderig over wat voorbij is, en zijn bezorgd of angstig over de toekomst. Bijna altijd is er een gemis, een tekort. Zelden zijn we open naar de werkelijkheid van nu, zelden zijn we vredig en content. Het is de aard van het beestje, die geest, en hij maakt niet bepaald gelukkig. We kunnen hem niet veranderen, maar we kunnen hem wel leren zien en doorzien.

Prachtig om daarmee te oefenen in een glooiend Frans landschap, met zicht op de heuvels van de Vercors. Met Hans Knibbe, een puntige leraar die passioneel de levensvisie van de dzogchen meesters vertaalt in begrijpelijke termen. Met mensen die bereid zijn tien dagen uit hun dagelijkse gedoe te stappen om stil te zijn, te luisteren, te voelen, te mediteren, te onderzoeken, te genieten en … een glimp op te vangen van de natuurlijke staat van hun geest. Een ongecompliceerde staat die ruim, open en verpletterend rustig is. Het ultieme ‘zijn’, het gewaarzijn zelf. Altijd beschikbaar op de achtergrond, nooit weg, maar meestal bedekt onder het wolkendek van een werkerige psyche.

We oefenen met dagelijkse handelingen en bewegen vanuit ‘de doener’ en vanuit de ‘niet-doener’, en proeven het verschil. Als niet-doener helpt het wanneer je aanneemt dat je ruimte bent, alles al volmaakt is, of als je jezelf minder au sérieux neemt en de dingen aan zichzelf laat. Ik loop als niet-doener gracieus als een gazelle de trap op en af, rustig maar beslist, helemaal in contact met mezelf, de grond en de ruimte rondom mij. Maar mijn psyche maakt dit meteen verdacht: zo heilig wil ik nu ook niet zijn! Mijn oefenpartner merkt op dat ik mijn poëtische kant onderdruk… Hij op zijn beurt neemt als niet-doener veel meer ruimte in, krijgt pretoogjes en ontdekt zijn humoristische, no nonsense kant. Wat een boeiende oefening. Ok, we zijn afgestemd en op de juiste temperatuur gebracht, maar toch is het bijzonder wat er te ontdekken valt als we de greep op onszelf loslaten en in de ruimte stappen. Misschien is dat de essentie van mijn werk met mensen: het doorzien, niet het helen van de neurose, maar vooral de ervaring dat er altijd een open, vrije en onbeschadigde dimensie is die werkelijker is dan wat onze psyche kan snappen.

Een andere dag laten we onze oriëntatie op ervaring los. Alsof we het strikje in één keer losknippen, en als een mikado openklappen in een wijds landschap vol subtiliteit, vanzelfsprekendheid en ruimte.
“Probeer niet iets moois van jezelf te maken, je bent veel mooier dan dat!” Knibbe weet maar al te goed dat onze rusteloze geest telkens weer probeert iets te maken, te bereiken, wil voldoen aan. Het valt nog niet mee om helemaal zonder agenda te zijn over onszelf en de koortsstroom van onze psyche te leren zien als leegte! 

En onverdroten, met telkens nieuwe woorden, nieuwe beelden, wijst hij de weg naar de non-duale en de non-problematische oerdimensie van al wat leeft. Want hoe gek zo’n retraite voor de buitenwereld wellicht is – ben ik nu zo’n rare of zijn het de andere – ergens komen we daar bijeen omdat we weet hebben van een andere, meer liefdevolle, zachte en vrije dimensie in en rondom ons. Een zijnsdimensie waarin het heerlijk vertoeven is, die we leren ontdekken en herinneren als we de greep op ons angstsysteem en onze identiteit loslaten. En we openvouwen in het gewaarzijn zelf, dat open, roerloos, helder, tijd- en grenzeloos is. Soms gebeurt dat bij toeval, als we helemaal ontspannen zijn, en geraakt worden door flarden schoonheid in de natuur of in muziek. Als we resoneren met de tederheid van een blik of een gebaar. Alsof de puzzelstukjes in elkaar vallen, en we heelheid ervaren.

Met een goede leraar en een meditatiepraktijk is het mogelijk om deze flitsen te bestendigen en meer de grondtoon te laten zijn van het bestaan: de vrije, natuurlijke staat als metgezel. Tegelijk is zelfontwikkeling op psychologisch, sociaal en intellectueel vlak onontbeerlijk, om zicht te krijgen op onze beperkingen en gewoontesystemen, aldus Knibbe.
Hoewel dit grote levenskunst is die resulteert in meer gemak en blijmoedigheid, vergt het inspanning en training. Het komt niet vanzelf in je schoot waaien. Maar mijn fascinatie is groot en mijn intuïtie zegt dat dit heel kloppend is. Het is humane spiritualiteit, verankerd in de wereld en wijds als de hemel. En ja, sinds ik in 2006 voor het eerst aanklopte bij de School voor Zijnsoriëntatie, ervaar ik meer gemak, zorgeloosheid en plezier. Meer verbondenheid, minder eilandgevoel. Een wetenschappelijk effectonderzoek wees uit dat dit geldt voor de meeste studenten van de school. Al bij al blijft het een zaak van weinig mensen – voor de gevoeligen en ernstigen onder ons, voor de stille zoekers én de moedigen. Maar het aantal groeit.

Ik herken het bij de Franse kunstenares Fabienne Verdier, wiens fascinerende, poëtische werk mij raakt, en momenteel te zien is in Brugge. Alhoewel zij zegt moeilijk woorden te vinden voor haar innerlijke bevlogenheid en transcendentale ervaringen die haar schilderijen voeden, raad ik je aan haar lezing te bekijken die ik bijwoonde, begin juni. Ik wou dat ik zoveel taal had om het onzegbare gezegd te krijgen!  https://www.youtube.com/watch?v=hJq3Wh1meiA

Na een carrière van dertig jaar en tien jaar verblijf bij Chinese meesters waar zij de kalligrafie van woorden en gewaarwordingen leerde, ontwikkelde zij haar eigen abstracte kunst. Met metershoge borstels jongleert zij over een drager op de grond en vanuit een vitale kracht, l’ énergie divine, maakt zij één magische, vluchtige beweging, qui touche une éternité… Daar is heel wat studie, onderzoek en meditatie aan vooraf gegaan. Transgresser les limites du connu, par une expression vitaliste.
Vier jaar bestudeerde zij de Vlaamse primitieven, las alle studies erover, maar volgde tenslotte haar eigen innerlijke weg, haar hart en haar intuïtie. Zij vertaalde de schittering van het licht en het bijna religieuze vuur van de 15e-eeuwse meesterwerken in monumentale kleur vol trilling en diepte. Het zijn sensuele, grafische werken geworden, van een pure en intense schoonheid – de eeuwigheid van een moment. Ga kijken !

Ze is in de ban van het kunstenaarschap en de essentie van de schilderkunst en daarover neemt ze een bewonderingswaardig en persoonlijk standpunt in:

“Volgens mij moet een schilder aan zichzelf werken om zijn innerlijke pijnen of existentiële angsten om te zetten in een melodie die draaglijk is voor de anderen. Het etaleren van een soort verrotting, van onze meest afgrijselijke neuroses – zoals dat in de kunstgeschiedenis vaak voorkomt, en vandaag des te meer – maakt de mens nog zieker.”

Waar wij in de retraite de leegte of ‘dharmakaya’ onderzochten, spreekt zij lyrisch over l’énergie du néant, parfaitement vide – parfaitement plein en la perfection divine.
Net als Knibbe laat ze zich inspireren door westerse en oosterse filosofen, en overbrugt zo duizenden kilometers, van de Nederlanden tot China. Ze overspant de kloof tussen de christelijke devotionele traditie en de wijsheid van Lao Tse en Confucius. Ze raakt aan iets diep waar meer en meer mensen naar hunkeren. Dat is de sleutel van haar succes, vermoed ik. Haar werkschriften staan vol met filosofische krabbels. Ik pik er eentje uit:

Il est assez de beauté dans le fait d’être ici et nulle part ailleurs. (Pessoa)

Dus, blijf precies hier, jullie geluksvogels !


Deze blog is geïnspireerd door de 10-daagse zijnsretraite (begin juli 2013) en de visie van Hans Knibbe enerzijds, en anderzijds door de lezing, de catalogus en het werkschrift van Fabienne Verdier n.a.v. haar tentoonstelling in het Groeningemuseum en het St.-Janshospitaal van Brugge (Fabienne Verdier, het wezen van de schilderkunst – hommage aan de Vlaamse meesters, tot 25 augustus 2013)

Kan meditatie de wereld redden?

Een bewerking van mijn tien-minuten-speed-date-speech in Vormingplus Brugge, tijdens de Nieuwjaarsreceptie, januari 2013

Beste mensen, beste genodigden,

Ik geef hier al 7 jaar les en ik doe dit nog altijd graag. Normaal geef ik in deze ruimte les aan 10 tot 14 mensen, die geïnteresseerd zijn in wat ik te bieden heb: meditatie, massage, lichaams- en bewustzijnswerk. Over aspecten van levenskunst voor een gezond lichaam en een gezonde geest.
Nu sta ik hier wat eenzaam en wiebelig voor zoveel mensen. En of jullie allemaal geïnteresseerd zijn in meditatie… ha, dat valt nog te bezien!
Ik heb daarom beslist om er een mini-participatieproject van te maken. We doen dit samen. Want alleen maar spreken over meditatie heeft iets bizars.
Het is zoiets als met chocolade: je kan er veel over lezen of horen, het bekijken, maar je weet pas echt wat het is als je het geproefd hebt.

Toch dit:

Ik zeg wel eens aan studenten dat meditatie een douche is voor de geest. Dat vind ik nog altijd een mooi beeld. We vinden het normaal en vanzelfsprekend om onszelf aan de buitenkant te reinigen, af te spoelen, schoon te maken. Maar we verwaarlozen onze binnenkant. We stoppen ons hoofd vol met drukte en lawaai, bezorgdheden, oordelen, zelfverwijten, schuldgevoelens, frustratie en gedoe. We hollen onszelf voorbij – en dan verbaast het ons dat het allemaal wat te veel wordt, af en toe. Dat we moe worden of depressief.

Meditatie kan de stop uit de fles halen: we krijgen meer ruimte, zuurstof en vrijheid. We kunnen weer ademhalen, ons hoofd wordt lichter, we voelen ons gezuiverd, we maken weer contact met ons lichaam, onze buik, ons hart. We krijgen een realistischer beeld van de hier-en-nu werkelijkheid. We leren onszelf beter kennen.

Wat er gebeurt is dat we onszelf uit de afleiding halen van gedachten en gevoelens waar we doorgaans in verstrikt raken of waar we in gevangen zitten. Door het stil te maken leren we waarnemen dat ons min of meer verkrampte mentale niveau, maar een fractie is van wie we echt zijn.
Meditatie is een vorm van zelfonderzoek waarin we ruimte en vrijheid kunnen ervaren rondom die rigide gedachten en oordelen. We gaan zien dat we er niet mee samenvallen. Dat ontspant – we ervaren meer moeiteloosheid en rust.

Gelukkig willen steeds meer mensen onderzoeken waar onze stress vandaan komt. De tijd dat meditatie alleen werd beoefend door zweverige types is allang voorbij. In meditatieretraites tref je meer en meer managers, wetenschappers, beleidsmakers en kunstenaars.

Een grootschalig onderzoek van Duitse psychologen heeft aan het licht gebracht dat, als gezonde mensen gaan mediteren, ze minder negatieve emoties zoals angst ervaren én dat hun relaties beter worden.

Zelf verbaast het me telkens weer hoe revolutionair een eenvoudig gebaar als het stil gaan zitten op de grond – het letterlijke landen op de aarde – wel is. Hoe ongelooflijk moeilijk het is om de kunst van het niet-doen te beoefenen! Als we leren mediteren, moeten we bereid zijn uit ons dagdagelijkse gedoe te stappen en onszelf bevrijden van het dwingende van onze gedachte- en doepatronen. We leren om niet onmiddellijk in onze automatische piloot te schieten.

En misschien, als we geduldig zijn, komt er een moment dat we onze verwarring laten voor wat ze is en doorbreken naar onze vrije en natuurlijke aard die open en liefdevol is – onze Zijnsaard.

Terug naar NU: ik nodig jullie uit om 25 seconden stil te zijn en te oefenen met mindfulness of wakkerte-meditatie. Het is de eerste fase van meditatie waarin we onderzoeken waar onze aandacht is, of waar we aandacht aan willen schenken, want meestal zijn we ons daar niet van bewust.

In de school in Utrecht waar ik al jaren trainingen volg, hebben ze het wel eens over wakkerte en lekkerte, als twee belangrijke aspecten van meditatie. Ze staan niet in De Vandaele, maar ik vind het heerlijke woordjes. Wakkerte staat voor het helder en nauwkeurig waarnemen van wat er is, voor doorsnijdendheid en oplettendheid. Lekkerte staat voor gemak, diepe ontspanning en een gevoel van welbevinden.

Het hoopvolle van deze oefening is: je kan het niet goed of fout doen! Je kan alleen voelen en waarnemen wat er is – precies zoals het is.

Dus we maken het zo stil mogelijk, om onze springerige gedachten tot bedaren te brengen. We denken niet aan het verleden of het straks: we houden de lekkere hapjes en drankjes nog even buiten onze reikwijdte – we blijven in het hier en nu!
Ik wil je uitnodigen om je voeten goed op de grond plaatsen, contact te maken met de aarde en je adem romig en zacht te houden.
Je blik is min of meer naar beneden gericht – een geloken blik, zoals ze dat mooi in het Zenboeddhisme noemen – maar niet te geconcentreerd of te streng.
Op een open en zachte manier nemen we onszelf en onze omgeving waar…… (25″ stilte) ……

Voor het resultaat en de finesses van dit onderzoekje, ben je welkom op mijn cursussen!

Tot slot nog dit:

Vorig weekend werd de tenor Zeger Vandersteene in de bloemetjes gezet op de Klara-dag in Antwerpen. Hij is 72, maar toert nog altijd de wereld rond om masterclasses en concerten te geven.
Vorige zondag, in een interview, hoorde ik hem enkele mooie dingen zeggen:
1) Ik ben er in de loop van mijn leven achter gekomen dat een stem van iemand die gelukkig is, mooier klinkt!

2) Ik ben het aan de wereld verplicht om de bijzondere gave die ik gekregen heb, zo lang mogelijk te delen met mensen.
3) De wereld heeft veel schoonheid nodig, ik geloof echt dat ze daar beter van wordt.

Misschien moeten we ons niet afvragen hoe wij de wereld kunnen redden,
misschien moeten we dichter bij onszelf blijven, nederiger worden,
zélf de moed hebben om gelukkig te zijn,
uitvinden hoe we onze eigen kleur, kwaliteit en liefde kunnen ontginnen en delen, hoe klein onze kring ook is.

Meditatie is een mooi gereedschap om dit te proberen.

Misschien is de titel van dit vertoog toch zo gek nog niet !

Waarom ik mediteer

Toen ik dit artikel voorbereidde vroeg ik mij af waarom ik mediteer en wat het me brengt. Ik begon ermee omdat het aan studenten van de School voor Zijnsoriëntatie gevraagd wordt om dagelijks te mediteren. Inmiddels is dat vier jaar geleden en is meditatie bij mijn leven gaan horen. Als ik een dag niet gemediteerd heb, dan verlang ik naar mijn kussentje. Zoals ik elke dag mijn tanden poets en mijn mailbox bekijk, heb ik er een gewoonte van gemaakt om elke dag mijn geest te bekijken. Ik kijk naar mijn hersenspinsels, mijn oordelen, mijn gemor, mijn verdriet, maar ook naar mijn schoonheid, mijn verlangen, mijn adem, mijn lichaam. Ik kijk naar wat er is. Om mezelf niet te verliezen en niet te verzuipen in de modderpoel van informatie, lawaai en gedoe. Ik heb het gewoon nodig om mezelf elke dag de vraag te stellen hoe het écht met me gaat en wat er echt aan de hand is. Het is uit de dagdagelijkse mallemolen stappen en een gebaar maken naar mezelf.
Maurice Knegtel, boeddhistisch leraar, zegt het zo:
…“Het zitten op een kussen betekent voor mij intimiteit met mijn bestaan. Ik kom niet alleen in contact met wat ik hoor, zie, ruik, proef, voel, gevoel of gewaar ben. Ik kom in contact met wat ik denk en doe. Ik kom in contact met hoe ik ingrijp in de werkelijkheid en hoe ik haar vervorm. Ik kom in contact met wat ik niet kan en niet weet. Ik kom in contact met een fundamenteel onvermogen. Wat telt voor mij is de vraag naar de bereidheid mijn leven te leven zoals het zich van moment tot moment voordoet. Dit gaat verder dan acceptatie. “… (*)
Veel mensen denken dat meditatie te maken heeft met het stopzetten van gedachten, met leren ontspannen of het bedaren van emoties. Je moet er in elk geval beter van worden en zielerust vinden. En alhoewel veel klachten verminderen of beter verdragen worden als je mediteert, noemt Zijnsoriëntatie dit strategisch bezig zijn.
Zij kiest radicaal voor niet-kiezen, niets verwachten, en het loslaten van elk project, elke positie. Wanneer we bezig zijn iets moois van onszelf te maken en iets willen bereiken, dan is onze geest vernauwd tot het project waarmee we bezig zijn. Het gaat er in meditatie vooral om die vernauwing te herkennen, niet eens zozeer om het loslaten ervan. (**)
Als iets me duidelijk is geworden na jaren bewustzijnswerk, is het wel de onthutsende ontdekking hoezeer ik de werkelijkheid vervorm met mijn eigen geest, hoezeer ik situaties en relaties inkleur vanuit mijn kindverleden en vroegere ervaringen. Er bestaat geen objectieve werkelijkheid, alleen een subjectieve ervaring ervan! Door mijn dagelijkse meditaties beoefen ik open gewaarzijn, en train ik mijn geest om uit de vernauwing van mijn psyche te stappen. Meditatie is je geest trainen en temmen. Je gehechtheid aan pijn, drama en veiligheid leren zien. Een nieuwe houding trainen van reactief naar creatief, altijd opnieuw. Op je gemak leren zijn met ongemak. Kiezen voor vrijheid en geluk.
Meditatie is niet te verwarren met positief denken, want geen enkele ervaring wordt uitgesloten.
Alles past erin. In die zin is meditatie een heel levend gebeuren en heeft het helemaal niets van een soort steriele verstilling.
Meditatie is een levenshouding, veel meer dan een techniek. Het kan de start zijn van een meer open, ruimere en vrijere houding in het leven. Het specifieke van Zijnsgeoriënteerde meditatie is dat er vrij snel geoefend wordt met het herkennen van je vrije zelf, je wijsheidsgeest.
Niet halen, maar stralen is het motto. In meditatie nemen we een bepaalde houding aan waarin we ons normale gedoe loslaten zodat we ruimte scheppen voor bewuste herinnering van wie we echt zijn en contact kunnen maken met onze vrije dimensie.
Ons authentieke zelf, onze waarachtigheid, onze liefde. Er is wel wat moed voor nodig. En overgave, en vertrouwen. Over dat laatste zegt Hans Knibbe, de spirituele leraar van de School voor Zijnsoriëntatie, iets moois:
Vertrouwen is een risico, maar als je dat risico niet neemt zit je vast aan een wereldbeeld waarin je alles moet controlen. Tel uit je winst !”
Trees Dewever
(*) Uit het artikel “De bonkende bouwputten van de stad”, Vorm en Leegte, lente 2005
(**) De cursieve teksten zijn van Hans Knibbe, literatuur Zijnsoriëntatie, www.zijnsorientatie.nl
Aanbevolen: “Je leven een bron van vreugde. Over wetenschap, meditatie en geluk” Y. M. Rinpoche
ISBN 978 90 215 8336 5